In gesprek met Thom Rutten, Directeur Fontys Paramedische Hogeschool
Leadership Talents deelt graag de ervaringen en inzichten van haar klanten. Dit keer gingen we in gesprek met Thom Rutten, directeur Fontys Paramedische Hogeschool (FPH).
Wat is op dit moment binnen FPH de grootste uitdaging voor jou?
Ik ben een optimist. De grote uitdaging is hoe we ook tijdens de crisis bezig blijven met ons onderwijs te verbeteren. We richten ons daarbij op 3 aspecten: 1) ons onderwijs inrichten op basis van onze didactische visie, 2) de waarde van onderzoek voor onderwijs en werkveld vergroten en 3) partner in onze regio zijn. De doelen veranderen in deze tijden niet, ik wil me hierop blijven richten en kijken welke kansen we nu kunnen grijpen en verzilveren.
Natuurlijk is de context nu wel anders door de crisis. Ook in het werkveld is dat besef er. Met elkaar denken we na over hoe we zaken nu anders kunnen oplossen. Voor studenten is het leren uiteraard ook veranderd nu, ik zie het als chaos, maar ook op positieve wijze die veel mogelijkheden biedt.
Van welke ontwikkeling binnen jouw werkzaamheden word jij momenteel het meest enthousiast?
Bij de Paramedische Hogeschool zijn docenten met elkaar in Resultaat Verantwoordelijke Teams verantwoordelijk voor onderwijs en onderzoek. Juist in deze tijden hebben docenten laten zien dat het onderwijs écht van de docenten zelf is. Zij hebben het fantastisch opgepakt en zijn allerlei veranderingen gaan doorvoeren. De coronacrisis heeft dat gevoel van eigenaarschap bij de docenten alleen maar versneld.
Inspiratie vinden is belangrijk. Hoe lukt jou dat in de huidige omstandigheden?
Ik haal erg veel inspiratie vooral van buiten mijn eigen werk. Ik lees deze tijd veel stukken van andere MBO- en HBO-instellingen. Immers iedereen heeft met dezelfde uitdagingen te kampen, het is dan inspirerend en leerzaam om te zien hoe anderen daarmee omgaan.
Binnen mijn organisatie probeer ik veel begrip en erkenning voor de situatie te tonen, maar ook aandacht te blijven vragen voor het proces van onderwijsverbetering. Daar zijn we namelijk een jaar geleden mee gestart. Op die manier wil ik inspirerend zijn voor collega’s. Een voorbeeld hoe ik dat doe is dat ik elke vrijdag een mail stuur aan iedereen waarin ik vertel wat ik die week heb gedaan, ben tegengekomen of wat me is opgevallen. Op die manier probeer ik ze deelgenoot te maken van mijn werkzaamheden en betrokken te houden. Dat wordt erg gewaardeerd. Ik benadruk ook altijd dat er ruimte is om te zoeken naar mogelijkheden en fouten mogen worden gemaakt. Juist nu alles nieuw is, moeten docenten durven te experimenteren. Fouten horen daarbij.
Zie jij opleidingen/richtingen met weinig of geen door de crisis veroorzaakte studieachterstanden? Welke succesfactoren herken je daar?
Uiteraard hebben praktijkonderwijs en stages last van het feit dat gebouwen en instellingen gesloten zijn, dat is niet anders. Ik wil me echter niet zo zeer focussen op wat niet kan, maar wat juist wel mogelijk is. En veel lukt ons. En daarnaast kunnen we verschillende onderdelen ook na de zomer inhalen, hoe erg is dat nu werkelijk?
Docenten realiseren zich terdege dat de maatregelen ook vanaf september gelden en het dus een uitdaging zal blijven. Maar ik vind dat geen reden om nu dingen anders te gaan doen. Binnen FPH constateerden we ver voor de coronacrisis al dat het onderwijs anders moest worden. Veel meer buiten de Hogeschool, in de praktijk en een grotere verantwoordelijk bij studenten voor het eigen leerproces. Het leren zelf, persoonlijke ontwikkeling en reflectie staan daarbij centraal, en niet alleen de vak inhoud. Ik ben dan ook erg positief over de snelheid waarmee ons onderwijs blended wordt, dat past bij wat we voor de coronacrisis in feite al voor ogen hadden.
Een van de belangrijke processen tijdens een opleiding is identificatie. Zijn docenten op afstand nog wel te adopteren voor jongeren als rolmodel?
Enerzijds zie ik dat dat toegenomen is. Met name omdat docenten erg transparant zijn in deze fase. Zij geven zelf ook aan het soms even niet te weten, dat kweekt begrip bij de student en daarmee is de docent oprecht en inspirerend tegelijk.
Anderzijds is het wellicht ook wat minder geworden. Het directe contact is natuurlijk minder geworden, kleine signalen zijn lastiger op te pikken en de afwezigheid online van sommige studenten is iets wat we zien maar nog geen echte oplossing voor hebben.
Welke 'prijs' gaat het onderwijs betalen voor deze crisis denk je?
Ik denk geen enkele. Uiteraard is de crisis vervelend maar ik vind het geen reden om te zeggen dat het onderwijs of de professionele ontwikkeling er slechter van is geworden. Sterker nog het maakt ons creatiever om zaken nu echt anders te gaan doen zoals toetsing bijvoorbeeld. Zo zijn er nu toetsen in de thuissituatie die focussen op begripsniveau met open vragen in plaats van de kennistoetsen met gesloten vragen die gevoelig zijn voor fraude.
Jullie hebben enkele jaren geleden een platte managementstructuur ingericht met zelfsturende teams en een directie daarboven. Wat is de impact van deze crisis daarop?
Het werkt goed. De teams hebben echt de verantwoordelijkheden opgepakt zonder dat we als directie daartoe een opdracht moesten formuleren. Het onderwijs is volledig tot stand gekomen door wat de teams met elkaar hebben gedaan.
Door die afplatting krijg ik als directie tijdens deze crisis wel meer praktische zaken te verwerken. Er is meer onduidelijkheid bij de teams in sommige situaties waardoor ik vaker in beeld kom om te ondersteunen.
Wanneer klap je aan het eind van een werkdag je laptop met meer energie dicht dan dat je hem open deed?
Mijn werkzaamheden vragen veelal lees- en schrijfwerk gericht op strategie, financiën, HRM, etc. Onderwerpen waar ik vaak alleen mee bezig ben en me niet altijd een positief gevoel geven. Echter ze zijn wel noodzakelijk om de mooie dingen met elkaar te kunnen doen die we voor ogen hebben. Als ik dus vervolgens contact heb met collega’s over hoe zij met onderwijs en onderzoek bezig zijn kan ik daar een goed gevoel bij krijgen. Teamgesprekken online vind ik dan ook erg leuk, ik ben dan met veel collega’s tegelijk in contact en kan goed beluisteren wat er speelt. Ook kan ik helpen en uitleggen waar nodig, dat geeft me energie. Het doet me vaak denken aan de situatie waarin we fysiek aanwezig zijn in het gebouw. Ik loop graag rond en zoek veel contact, dat mis ik erg momenteel. Ik wil grip houden, dat is een uitdaging voor me. Verandering is natuurlijk niet voor iedereen leuk, dat besef ik me al te goed en daar wil ik graag bij kunnen helpen.
En als ik na een lange dag merk dat het me meer energie heeft gekost dan gegeven stap ik graag op mijn racefiets, daar kan ik altijd energie van krijgen en mag ik graag doen.
Hoe gaat het ‘nieuwe werken’ er bij jullie straks uit zien volgens jou?
Ik denk dat we echt moeten blijven focussen op de lange termijn en hoe we het blijvend anders kunnen gaan doen. Thuis werken heeft een absolute meerwaarde. Het zal straks dus zeker een hybride-achtige vorm van werken met elkaar worden. Ik heb er alle vertrouwen in dat dat goed blijft en gaat werken.
Kijkend naar de nabije toekomst, wat zou jouw meest relevante advies zijn richting collega-directeuren binnen het HBO?
Gebruik deze crisis niet als excuus om je ambities aan te passen. Maar doe ook niet alsof de huidige situatie een ideale prikkel voor verandering is. Blijf focus houden op je ambities, ook al is dat soms lastig.
Welk boek heb je recent gelezen en is je bijgebleven in deze tijd?
Ik voel me juist in deze periode erg gesterkt door ‘De meeste mensen deugen’ van Rutger Bregman. Ik herken het vertrouwen dat ik kan hebben in de mensen om mij heen. Ik ervaar dagelijks dat ik fijne collega’s heb waar ik op kan bouwen en vertrouwen.
Interviews met onze klanten